Ik moet ongeveer 14 zijn geweest. Ik rende naar het Museumplein, want daar kwamen de sirenes vandaan.
“Ik wil niet dat je gaat!’’ had mijn moeder geschreeuwd. Maar er waren rellen op honderd meter van ons huis. Ik had het er voor over dat ik op mijn donder zou krijgen als ik thuiskwam.
Er was een ‘Vietnam-demonstratie.’In mijn herinnering stonden er honderden mensen voor de Amerikaanse ambassade. Ze scandeerden ‘Johnson moordenaar!’ En dat riep ik natuurlijk ook. Toen er een charge kwam van de politie rende ik weg, richting Alexander Boersstraat en vandaar naar huis waar ik werd opgewacht door mijn vader.
“Wat weet je van Vietnam!’’ vroeg hij.
“De Amerikanen zijn moordenaars!’’ zei ik. Hij zong vervolgens de lof van de Amerikanen, maar er was een uitzondering. De leider van de Noord Vietnamezen Ho Chi Min was in de oorlog tegen de Japanners geweest, dat vond hij als ex-krijgsgevangene in een Japans kamp ‘simpathiek’ maar Ho was een communist en “communisme moet met alles wat we in ons hebben bestreden worden!’’ Ik kreeg geen straf. Ik bleef nog lange tijd anti Amerikaans. Mijn zelfstandige gedachten waren twee jaar later gedachten van een vriendinnetje. Uit mijn mond kwamen haar woorden en die van haar leider.
Ben ik nu weer aan het begin van mijn cirkel terechtgekomen?
Toen ik volwassen was en in de illusie verkeerde dat ik zelf kon denken, bewonderde ik met hetzelfde fanatisme alles wat uit Amerika kwam. Van cola tot romans, van hamburgers tot films, van baseball tot het Empire State Building. Ik ervaarde New York als Amsterdam zoals het had moeten zijn. En ja, ik bleef kritisch op mensen als Reagan, al vond ik die grappig.
(Grap van Reagan: In Sovjet-Rusland gaat een man een auto kopen. Hij gaat naar de eigenaar en vraagt om een auto, waarop de eigenaar antwoordt: 'Weet je dat er een wachtlijst van 10 jaar is?' De man antwoordt dan: 'Oké', en na enige tijd stemt hij ermee in om een auto te kopen. Dus hij betaalt de auto van tevoren, en net voordat hij vertrekt vraagt hij de eigenaar:'Kan ik de auto 's morgens of 's middags ophalen?’ 'Het is 10 jaar weg, wat maakt het uit?’ 'De loodgieter komt 's morgens.’)
Ik zag Amerika met het verstrijken van de tijd afbladderen.
Ik meed de mensen die in auto’s woonden, want die zouden ‘gevaarlijk’ zijn, ik zag de bedelende en hoererende crack-verslaafden, en vooral het Obesitas-volk dat zich niet geneerde racistische taal uit te slaan. Maar wat vond ik Amerika nog heerlijk. Hup weer een nieuwe film van Woody Allen, en weer een nieuw boek van Philip Roth. “En wacht, ik ga nog even langs die platenzaak.’’ Ik begreep zelfs de Republikeinen die ik kende.
En nu?
Trump heeft Oekraïne verraden en ik voel dat verraad ook, terwijl ik geen Oekraïner ben. Andere standpunten zijn niet erg, maar je vervolgens machteloos voelen is vervelend. Als je jong bent, maakt machteloosheid je agressief, als je ouder bent meedogenloos.
Ik vermoed dat de oude Trump zich in wezen ook machteloos voelt. Hij is meedogenloos geworden. Door wie hij zich precies verraden voelt weet ik niet. Door links? Heeft hij niet de erkenning gekregen die hij verdiende? Op wie wil hij precies wraak nemen?
Is Amerika aan het afbladderen
Mijn wellicht naïeve en louter en alleen op intuïtie gestoelde opvatting is dat hij wel degelijk merkt dat Amerika aan het afbladderen is en dat al het geld wat zich in Amerika bevindt de natuurlijk stroom van opkomst, bloed en verval niet kan stuiten. ‘Make America Great Again’ vindt zoveel weerklank bij de Amerikanen omdat ze zien dat er te veel met touwtjes en gaffertape bij elkaar gehouden moet worden. Trump en zijn adoptief zoon Musk kunnen met hun rijkdom daar misschien iets aan doen.
Is het verval van Amerika door hen te stoppen? Trump redeneert als een opa die meent dat ‘neerschieten!’ ‘ophangen die crimineel!’ ‘oprotten naar je eigen land!’ de effectiefste oplossingen zijn. Ach ja: geef een dictator tien jaar de macht waarin hij van alles kan veranderen wat hij wil, maar schiet hem dan neer.
Ik schaam mij nog voor deze gedachten, maar hoe lang nog? Trump gebruikt de democratie tegenwoordig als boksbal, als een niet te serieus te nemen tegenstander waartegen je je Cassius Clay kunt wanen.
Grootvaders kunnen gelijk hebben. Maar het hoort ook dat kinderen niet naar ze luisteren.
Keep reading with a 7-day free trial
Subscribe to Theodor Holman to keep reading this post and get 7 days of free access to the full post archives.